fbpx

Gewrichtsklachten bij kinderen

Enkelklachten

Enkel Instabiliteit

Wanneer een kind door zijn / haar enkel gaat is dit anders dan bij volwassenen. Sommige kinderen hebben een flink trauma, andere herstellen juist weer heel erg snel. Dit is ook de valkuil. Doordat kinderen in de groei zijn neemt de stabiliteit van de banden rondom het gewricht af. Als uw kind door zijn / haar enkel heen gaat krijgen de enkelbanden een flinke klap. Door de groei en door het trauma zijn en blijven de enkelbanden zoekende waardoor de instabiliteit blijft, maar een hevige reactie blijft uit.

Een instabiele enkel heeft ook gevolgen voor andere aandoeningen (Morbus Sever) en gewrichten, zoals bijvoorbeeld de knie. De knie moet de instabiliteit ook opvangen waardoor het gewricht / spieren rondom het gewricht

overbelast raken. Het gevolg hiervan is een ketenprobleem waardoor uw kind pijnklachten gaat ervaren aan meerdere gewrichten.

Oorzaken:
  • Trauma
  • Afwijkend stand van de voet
  • Ketenproblematiek; klachten voorkomend uit een bewegingsbeperking elders. (enkelklachten door afwijkende stand van de knie of heup)
  • Groeispurt
Behandeling

De behandeling wordt gericht op het herstellen van de balans van het gewricht / de keten. In de eerste fase wordt medical taping toegepast om de enkelbanden te ondersteunen, maar wel te laten werken. Al snel wordt dit gecombineerd met oefentherapie zodat de instabiliteit verminderd en de belasting verder wordt opgebouwd.

Hielpijn

Hielpijn bij kinderen

Morbus Sever, ook wel de ”Ziekte van Sever” genoemd, is een vorm van hielpijn bij kinderen waarbij zeurende of stekende pijn achter het hielbeen ontstaat. De pijnklachten gaan meestal over als het kind uit de grootste groeifase is. Deze klacht komt meestal voor bij sportende kinderen waardoor de trekkracht van de achillespees aan het hielbeen toeneemt. Door de groei verminderd de stabiliteit waardoor het hielbeen de trekkrachten moet opvangen vanuit verschillende richtingen. De groeischijf kan hierdoor geïrriteerd raken waardoor pijnklachten optreden. Dit kan uiteindelijk resulteren in een ontsteking van de groeischijf.

Hoe ontstaan hielklachten bij kinderen?

Deze ontstaan door verschillende factoren. De meest voorkomende factor is een disbalans van de onderste keten. Door de groei verminderd de stabiliteit en de kracht waardoor kinderen erg zoekende zijn. Hierdoor neemt de trekkracht van de achillespees toe op het hielbeen. Vaak zijn het sportende kinderen.

Ook de volgende factoren kunnen invloed hebben:
  • Verkorte kuitspieren
  • Groeispurt
  • Instabiliteit van de voet
  • Afwijkende voetstand
  • Stijfheid van het enkelgewricht
  • Trauma
Klachten passend bij hielpijn:

De klachten die kinderen omschrijven lijken op de klachten van volwassenen bij hielspoor.

  • De pijn neemt toe na inspanning / activiteit
  • Stijfheid
  • Zwelling
  • De pijn zit aan de onderkant / achterkant van het hielbeen
  • Het ontzien van de afwikkeling van de voet door op de tenen te lopen
  • Mank lopen

Als de kinderen eenmaal warm zijn gespeeld gaat het beter, maar pakken ze daarna rust en koelt de spier / pees af dan neemt de pijn flink toe.

Behandeling van de hielklachten:

De behandeling is gericht op belasting – belastbaarheid. Het is belangrijk dat de pijn afneemt waarbij rust een grote factor is, maar het is belangrijk dat de klacht niet terug keert na een periode van rust. Hierdoor wordt gekeken naar de oorzaak van de klacht. Wanneer een instabiele enkel de oorzaak is wordt dit aangepakt door middel van oefeningen. Afhankelijk van de oorzaak wordt een passend plan opgesteld. Ook de stand van de voet wordt bekeken om te kijken of steunzolen een meerwaarde kunnen zijn.

Samenwerking Voetcentrum de Meierij

Bij Voetcentrum de Meierij zijn ze o.a. gespecialiseerd in het beoordelen van de kindervoet. Omdat deze gevestigd zijn in ons gezondheidscentrum hebben we laagdrempelig contact en laten we regelmatig (bij toestemming) de podotherapeut meekijken. Daarnaast is er wekelijks een kosteloos inloopspreekuur waar we het kind en de ouder naar toe kunnen verwijzen.

Knieklachten

De pijnlijke knie

Bij sportende kinderen zijn groei-gerelateerde knieklachten een van de meest voorkomende problemen. Er zijn verschillende soorten knieklachten bij kinderen, maar vaak zit er een overeenkomst in de pijnklachten. Knieklachten komen relatief vaak voor bij kinderen die voetballen, hockeyen of dansen. Kinderen geven ook pijn aan bij activiteiten zoals fietsen tegen de wind in, traplopen en hurken. De meest voorkomende diagnoses zijn Patellofemoraal pijnsyndroom 35%, Osgood Schlatter 35% en Sinding Larsen Johansson syndroom.

Patellofemoraal pijnsyndroom (PFPS)

Met het patellofemoraal pijnsyndroom (retropatellaire chondropathie) worden pijnklachten bedoeld die zijn ontstaan door een dysfunctie van de knieschijf/kniegewricht. Deze aandoening komt veel voor bij kinderen of adolescenten, vaker bij meisjes dan bij jongens. Bij het buigen en strekken van de knie wordt vaak een klikkend, knarsend geluid gehoord/gevoeld. Hierbij kan het gevoel ontstaan waarbij je door je knie heen zakt. Herstel van deze aandoening kan vrij lang duren, soms enkele maanden tot een jaar.

Ontstaan door verschillende factoren

Meest voorkomend: spierdisbalans van de twee buitenste delen van de quadriceps. De buitenste spier (vastus lateralis) is sterker dan de binnenste spier (vastus medialis), waardoor de knieschijf naar de buitenzijde wordt getrokken / naar de binnenzijde valt. Dit kan leiden tot een abnormale beweging van de knieschijf tijdens bewegen.

Ook de volgende factoren kunnen invloed hebben:

  • Spierzwakte
  • Spierverkorting
  • Een plots toename van sportbelasting
  • Recente groeispurt
  • Afwijkende stand van de knieschijf
  • Slechte voetenstand
  • Verkeerd schoeisel
  • Slechte training

Klachten:

  • De pijnklachten zitten meestal aan de voorzijde van de knie, net onder of rondom de knieschijf
  • Pijn kan uitstralen naar binnen of buitenzijde van de knie
  • Pijn neemt toe bij verhoogde belasting zoals lang wandelen, fietsen tegen de wind in, traplopen, sporten, hurken en springen.
  • Lokale druk rondom de knieschijf kan de pijn ook uitlokken

Osgood-Schlatter

Deze aandoening ontstaat door irritatie van de groeischrijf ter hoogte van het scheenbeen, vlak onder de knieschijf (tuberositas tibea). De groeischijf bestaat voornamelijk uit kraakbeen. Elke keer als de quadriceps (bovenbeenspier) aanspannen, trekken de spieren aan de kniepees. Deze pees rekt relatief weinig uit, waardoor er een grote trekkracht op de groeischijf van het scheenbeen komt te staan. Wanneer de spanning te groot/krachtig is of herhaald en langdurig wordt uitgevoerd, kan de groeischijf geïrriteerd raken. Herstel van deze aandoening kan zeer lang duren, namelijk 6-12 maanden of in sommige gevallen zelfs 2 jaar.

Ontstaan

  • Kinderen of adolescenten die een snelle groeiperiode doormaken. Botten maken een snelle groei door en de spieren en pezen blijven relatief kort met toenemende trekkracht op de groeischijf als gevolg.
  • Kinderen die tijdens de groeiperiode overmatig of veel participeren in ren- en/of springsporten lopen een grotere kans om deze blessure op te lopen.
  • Deze aandoening komt voornamelijk voor bij jongens tussen de 12 -15 jaar oud. De aandoening komt ook bij meisjes voor alleen dan vaak wat eerder, namelijk tussen de leeftijd van 11 – 13 jaar oud.

Klachten

  • Knieklachten aan de voorkant van de knie, onder de knieschijf, waarbij zwelling of een waarneembare verdikking ontstaat.
  • De pijn ontstaat vooral na een activiteit zoals traplopen, rennen en springen (quadriceps zijn hierbij actief).
  • Lokale druk of hurken/knielen kan de pijnklachten uitlokken

Sinding Larsen Johansson syndroom

Deze aandoening is te vergelijken met Osgood-Schlatter maar de pijnlocatie is anders. De irritatie zit bij de groeischijf net onder de knieschijf in plaats van op het scheenbeen. Ook deze aandoening komt met name voor bij jongens, maar vaak op een eerder leeftijd namelijk tussen de 10 – 13 jaar oud. Activiteiten zoals springen en rennen hebben invloed op de pijnklachten. Herstel van deze aandoening kan zeer lang duren, namelijk 6-12 maanden of in sommige gevallen zelfs 2 jaar.

Ontstaan

  • Kinderen of adolescenten die een snelle groeiperiode doormaken. Botten maken een snelle groei door en de spieren en pezen blijven relatief kort met toenemende trekkracht op de groeischijf als gevolg.
  • Kinderen die tijdens de groeiperiode overmatig of veel participeren in ren- en/of springsporten lopen een grotere kans om deze blessure op te lopen

Klachten

  • Knieklachten aan de voorkant van de knie, net onder de knieschijf mogelijk gepaard gaan met zwelling.
  • De pijn ontstaat vooral na een activiteit zoals traplopen, rennen en springen (quadriceps zijn hierbij actief).
  • Lokale druk of hurken/knielen kan de pijnklachten uitlokken

Observatie & onderzoek

Na het anamnese gesprek, waarin het klachtenbeeld en de symptomen worden besproken volgt een onderzoek. Als eerste wordt gekeken naar de stand van de knie, maar ook naar de stand van de enkel, heup en rug. Daarna wordt een motorische observatie uitgevoerd om te kijken hoe de knie beweegt en wanneer de pijn optreedt. Als laatste gaat de therapeut nog passief bekijken hoe de knie beweegt en wordt de exacte locatie van de pijn bepaald. Vanuit het onderzoek worden de behandelbare grootheden opgesteld.

Behandeling

Fase 1: Pijndemping

Het weefsel rondom de knie wordt gemasseerd/losgemaakt en met behulp van tape wordt de knieschijf gestuurd in de juiste richting tijdens het bewegen. Hierdoor krijgt de knie meer rust. Ook wordt advies gegeven over het bewegen zoals niet langdurig met gebogen knieën zitten, fietsen met een lage versnelling en traplopen zoveel mogelijk vermijden. Regelmatig koelen na inspanning zorgt er ook voor dat de pijn verminderd.

Fase 2: Verbeteren basis stabiliteit van de knie

In deze fase wordt de stabiliteit en kracht getraind van de knie. Het doel is dat de knieschijf weer recht in het spoor gaat lopen, waardoor het gebruik van tape afgebouwd kan worden.  Er wordt gebruik gemaakt van fitnessapparaten, maar ook vrije oefeningen zorgen ervoor dat de knieschijf weer in de juiste richting gaat bewegen. Het trainen van de bovenbeenspieren staat centraal.

Fase 3: Sport specifiek

In de laatste fase wordt zoveel mogelijk sport specifiek getraind. Het doel is om de uitgeoefende sport weer te kunnen hervatten op het gewenste niveau

Nekklachten en hoofdpijn bij kinderen

Nekpijn en hoofdpijn bij kinderen

Nek- en/ of hoofdpijnklachten komen vrij veel voor bij kinderen en jongeren. Veelvoorkomende diagnoses bij hoofdpijn zijn spanningshoofdpijn en migraine. Bij een nekklacht zijn pijnlijke spieren in de nek vaak een probleem.

Wanneer een kind langer hoofdpijn of nekklachten ervaart zal eerst bekeken moeten worden waardoor deze klachten veroorzaakt worden. Als een nekklacht bijvoorbeeld komt doordat de spieren van de nek erg strakgespannen staan dan kan een kinderfysiotherapeut dit behandelen. Bij migraine zal de kinderfysiotherapeut de oorzaak van de klacht niet weg kunnen nemen. Het is soms wel mogelijk om de gevolgen hiervan te behandelen waardoor het kind minder klachten ervaart.

Kinderfysiotherapeutische behandeling

De kinderfysiotherapeut heeft de volgende mogelijkheden bij dit soort klachten:

  • Als kinderen veel pijn hebben spannen zij vaak onbewust veel spieren aan, bijvoorbeeld bij de schouders. Hierdoor kunnen de nekspieren nog strakker komen te staan, wat nek- en hoofdpijn weer verergert. Het leren ontspannen van deze en andere spieren kan ervoor zorgen dat het kind de vicieuze cirkel waar het in zit kan doorbreken.
  • Verbeteren van de conditie. Het is bekend dat kinderen met hoofd- en nekpijn bepaalde situaties kunnen gaan vermijden, vanwege hun pijnklachten. Zo missen ze bijvoorbeeld vaker school, missen ze trainingen bij hun sportclub en ondernemen ze soms zelfs minder met vrienden. Hierdoor komen deze kinderen veel vaker thuis te zitten en bewegen ze minder. Hun conditie gaat enorm achteruit en ze raken nog minder fit. Dit kan ervoor zorgen dat het nog meer moeite kost om wél een keer te gaan sporten of een hele dag op school te zijn. De kinderfysiotherapeut kan testen of er sprake is van een verminderde conditie. Als dit het geval is kan de kinderfysiotherapeut een trainingsprogramma opstarten samen met het kind. Dit programma zal dan vooral gericht zijn op de dingen die het kind niet meer goed kan uitvoeren, maar die het wel weer heel graag zou willen doen.
  • Ontspannen en trainen van te strakgespannen spieren. Bij zowel nek- als hoofdpijn zijn de spieren van de nek vaak erg strak aangespannen. Dit kan ervoor zorgen dat de hoofdpijn erger wordt, en kan een oorzaak zijn van de nekpijn. De kinderfysiotherapeut ken verschillende technieken om het kind te helpen om deze spieren te ontspannen. Hierbij wordt specifiek naar de nekspieren gekeken en het gaat dus niet om algehele ontspanningstherapie.
    De spieren zijn vaak te strak aangespannen doordat niet alle spieren van de nek even sterk zijn. De kinderfysiotherapeut kan helpen om de spieren sterker te maken, zodat ze minder snel pijnlijk aanvoelen.
  • Adviezen met betrekking tot houding en zware dingen. Soms ervaren kinderen vooral hoofdpijn nadat ze een lang werkstuk hebben moeten typen voor school, of wanneer ze lang moeten lopen met hun boekentas. De kinderfysiotherapeut kan adviezen geven over houding tijdens het leren en tips geven om zware dingen wat minder zwaar te laten worden.

Manuele therapie bij kinderen

Bij jongeren die uitgegroeid zijn kan de kinderfysiotherapeut ervoor kiezen om de behandeling over te laten aan de manueeltherapeut, of samen met de manueel therapeut te behandelen. Er zal op dat moment gekeken worden naar wat de beste behandeling is voor deze specifieke jongere.

Rugklachten en afwijkende houding bij kinderen

Scoliose

Wanneer de wervelkolom abnormale, zijwaarste krommingen heeft, noemen we dit scoliose.

Soort scoliose

Een functionele scoliose is het gevolg van een verkeerde houding en is vrijwel altijd te corrigeren. Het kan o.a. voorkomen bij beenlengteverschillen. Wanneer het ene been langer is dan het andere kan het bekken gaan kantelen. Hierdoor neem de wervelkolom een gebogen vorm aan (wanneer beide benen gestrekt zijn). Als het kind gaat zitten, dan kan de wervelkolom zich in principe corrigeren.
Een structurele scoliose is een scoliose die niet volledig corrigeerbaar is. Een structurele scoliose is weer onder te verdelen in een scoliose zonder oorzaak (idiopatische) en een scoliose met een aanwijsbare oorzaak (niet-idiopatische).

Oorzaken

In 80% van de gevallen is de oorzaak onbekend. Een idiopatische scoliose is het meest voorkomend type met een onbekende oorzaak deze vorm van scoliose meestal optreedt en mogelijk klachten geeft vanaf de vroege puberteit en aanwezig is bij 2-4% van de kinderen, meer bij meisjes dan bij jongens. Oorzaken van een niet-idiopatische scoliose kunnen aangeboren wervelafwijkingen zijn, evenals neuromusculaire aandoeningen, spierziekten, afwijkingen in het wervelkanaal of afwijkingen aan de wervels.

De rol van de kinderfysiotherapeut

Indien een kind zich meldt met een bepaalde mate van rugklachten, wordt gekeken naar de stand van de gehele wervelkolom, een mogelijk beenlengteverschil en andere opvallendheden in het lichamelijk onderzoek. Indien een scoliose vastgesteld wordt als oorzaak van de rugklachten wordt samen met het kind en de ouders/verzorgers bepaald hoe het behandelplan eruit gaat zien.
In veel gevallen kan het kind in samenwerking met de kinderfysiotherapeut zelf veel doen om de ernst van de klachten aan de rug te verminderen of te doen verdwijnen. De kinderfysiotherapeut beoordeelt welke oefeningen nuttig zijn bij het verminderen van de rugklachten, waarbij samen met het kind, een oefenschema opgesteld wordt.

Na de behandeling

Wanneer de klachten in de rug verdwenen zijn is het van belang dat het kind en de ouders de situatie van de rug en de desbetreffende scoliose goed in de gaten blijven houden en alert zijn op  een eventuele toename van de rugklachten.  Mocht de scoliose en dus de kromming in de rug ernstig toenemen, is het van belang tijdig actie te ondernemen en door te sturen naar een kinderorthopeed. Deze kan inschatten of het wellicht nuttig is (middels een röntgenfoto waarop de hoek van de scoliose te zien is) om een brace aan te laten meten of andere maatregelen te nemen. Dit is altijd afhankelijk van de mate van scoliose en de daarbij behorende klachten

Schouderklachten bij kinderen

Schouderklachten tijdens groei

Het lichaam van een kind groeit en de spieren moeten mee groeien. De arm wordt steeds groter, wat meer kracht vraagt om de arm te kunnen bewegen. Tijdens groeiperiodes moet weer een nieuw evenwicht gevonden worden. Groeiperiodes kunnen zorgen voor schouderklachten omdat de spieren niet snel genoeg zich kunnen aanpassen, vooral tijdens een groeispurt. Deze klachten verdwijnen weer wanneer een nieuw evenwicht is gevonden.